Onderwijsniveau van de bevolking
Nieuwe generaties hebben steeds vaker een bachelor- of master-diploma dan de oudere, ook in de landen om ons heen. Minimaal een startkwalificatie, in Nederland is dat een havo-, vwo- of mbo-diploma op niveau 2, is de norm geworden onder jongeren in bijna alle EU-landen. Voor 2030 stelt de EU dat ten minste 45% van de 25- tot 35-jarigen in haar lidstaten een bachelor of master moet hebben behaald. Zie ook Hoogst behaald onderwijsniveau voor een uitgebreidere opleidingsverdeling van de Nederlandse 15- tot 75-jarigen over de tijd.
Onderwijsniveau internationaal vergeleken: 15- tot 75-jarigen (2023)
Land | ISCED 5-8 | ISCED 3-4 | ISCED 0-2 |
---|---|---|---|
EU-27 | 29,4 | 44,3 | 26,3 |
IER | 44,5 | 35,7 | 19,8 |
ZWE | 40,8 | 39,7 | 19,5 |
BEL | 37,5 | 38,1 | 24,4 |
NED | 36,6 | 37,2 | 26,2 |
FRA | 35,4 | 41,2 | 23,4 |
FIN | 35,1 | 45,2 | 19,8 |
DEN | 34,6 | 39,3 | 26,1 |
DUI | 28,9 | 48,8 | 22,3 |
Gemiddeld had in 2023 29% van de 15- tot 75-jarigen in de 27 landen van de EU een afgeronde bachelor- of masteropleiding of een doctorstitel (ISCED niveaus 5 -8). Ierland kende met bijna 45% het hoogste percentage. In Nederland is het aandeel personen met een afgeronde bachelor- of masteropleiding niet zo groot als in Ierland, maar met 37% wel groter dan gemiddeld in de EU. In Duitsland was dit aandeel het kleinst, terwijl het aandeel personen met ISCED niveau 3-4 het grootst was van de hier vergeleken landen. Bij ISCED niveau 3-4 gaat het in Nederland om degenen met een havo-, vwo- of mbo niveau 2-4-diploma.
Land | ISCED 5-8 | ISCED 3-4 | ISCED 0-2 |
---|---|---|---|
EU-27 | 43,1 | 42,4 | 14,5 |
IER | 62,7 | 32,3 | 5,0 |
NED | 54,5 | 34,7 | 10,8 |
ZWE | 54,1 | 35,7 | 10,1 |
FRA | 51,9 | 37,3 | 10,8 |
BEL | 50,0 | 36,5 | 13,6 |
DEN | 49,0 | 33,4 | 17,6 |
FIN | 39,2 | 50,5 | 10,3 |
DUI | 38,4 | 44,9 | 16,7 |
In Ierland is het aandeel 25- tot 35-jarigen met een afgeronde bachelor- of masteropleiding of een doctorstitel het grootst. Dit aandeel is 20%-punten groter dan het gemiddelde in de EU. Ook Nederland kent met bijna 55% relatief veel hbo'ers en universitair geschoolden binnen deze leeftijdsklasse. Daarmee voldoet Nederland al ruimschoots aan de EU-doelstelling dat in 2030 ten minste 45% van de 25- tot 35-jarigen een bachelor- of master-diploma of daarmee vergelijkbaar moet hebben behaald. In Duitsland is dit aandeel relatief klein en het aandeel personen met opleiding vallend onder ISCED niveau 3 of 4 juist relatief groot. In Nederland gaat het daarbij om diploma's op mbo niveau 2-4. Alleen Finland kent binnen deze leeftijdscategorie een groter aandeel personen met een diploma van een hiermee vergelijkbaar niveau: ruim de helft.