Stapelen in het voortgezet onderwijs

Geslaagden in het voortgezet onderwijs (vo) kunnen ervoor kiezen hun onderwijsloopbaan binnen het vo te vervolgen (met uitzondering van leerlingen met een vwo diploma). Dit wordt stapelen genoemd. Van alle leerlingen in het voortgezet onderwijs stapelt ongeveer 8%.

Aandeel stapelen in het voortgezet onderwijs, 2014-2023

Aandeel stapelen in het voortgezet onderwijs, 2014-2023
vmbo basis naar kadervmbo kader naar gtvmbo gemengd naar havovmbo theoretisch naar havohavo naar vwoTotaal
2014-20152,41%0,53%3,51%14,97%3,57%6,94%
2015-20162,66%0,61%3,69%16,21%5,10%8,05%
2016-20173,25%0,58%3,54%16,70%5,25%8,33%
2017-20182,89%0,63%3,51%17,22%5,39%8,53%
2018-20192,97%0,44%3,05%16,06%4,92%7,80%
2019-20202,78%0,36%4,57%16,09%5,45%7,16%
2020-20212,64%0,24%4,96%16,55%5,72%7,42%
2021-20222,65%0,24%6,81%20,57%7,60%9,20%
2022-20232,29%0,28%6,39%20,12%7,05%8,81%
2023-20241,98%0,19%5,94%17,75%6,39%7,88%

Er wordt voornamelijk gestapeld na het behalen van een vmbo theoretische leerweg diploma (vmbo-tl). Van de vmbo-tl geslaagden in 2022-2023 stroomden 18% door naar het havo. Leerlingen met een vmbo-kaderberoepsgerichte leerweg diploma (vmbo-kb) stromen nauwelijks door naar een hoger niveau binnen het vmbo (minder dan 0,5 procent). Over een langere periode is het totaal aandeel gediplomeerden dat stapelt redelijke stabiel rond de 8 procent. 

Brontabel als csv (594 bytes)

Aandeel stapelaars vmbo theoretisch-havo naar geslacht

Aandeel stapelaars vmbo theoretisch-havo naar geslacht
Periodejongensmeisjes
2023-202418,86%16,60%

Iets minder dan 20% van de vmbo-tl gediplomeerden stroomt door naar het havo. De overige leerlingen beginnen met een opleiding in het mbo of volgen (tijdelijk) geen onderwijs. Stapelen komt iets meer voor onder jongens dan onder meisjes.

Brontabel als csv (50 bytes)

Aandeel stapelaars havo-vwo naar geslacht

Aandeel stapelaars havo-vwo naar geslacht
Periodejongensmeisjes
2023-20246,47%6,32%

Ongeveer 7% van de havo-gediplomeerden, stroomt door naar het vwo. Veruit de meeste havo- gediplomeerden gaan door naar het hbo. Van de havisten stapelen jongens even vaak als meisjes.

Brontabel als csv (48 bytes)

Stapelaars vmbo-t naar havo, per RMC regio in 2023

Stapelaars vmbo-t naar havo, per RMC regio in 2023
naam_doorstroompuntvmbo-t naar havo
Oost-Groningen10%
Noord-Groningen-Eemsmond13%
Centraal en Westelijk Groningen12%
Friesland Noord15%
Zuid-West Friesland10%
Friesland-Oost15%
Noord- en Midden Drenthe15%
Zuid-Oost Drenthe17%
Zuid-West Drenthe10%
IJssel-Vecht15%
Stedendriehoek21%
Twente11%
Achterhoek12%
Rivierenland15%
Eem en Vallei17%
Noordwest-Veluwe21%
Flevoland15%
Utrecht22%
Gooi en Vechtstreek25%
Agglomeratie Amsterdam24%
West-Friesland19%
Kop van Noord-Holland15%
Noord-Kennemerland22%
Zuid-Kennemerland en IJmond23%
Zuid-Holland-Noord23%
Zuid-Holland-Oost20%
Haaglanden Westland20%
Rijnmond19%
Zuid-Holland-Zuid14%
Oosterschelde Regio13%
Walcheren13%
Zeeuws-Vlaanderen23%
West-Brabant18%
Midden-Brabant18%
Noord-Oost-Brabant11%
Zuidoost-Brabant16%
Gewest Limburg-Noord16%
Gewest Zuid-Limburg10%
Rijk van Nijmegen26%
Arnhem22%

Het aandeel stapelen verschilt tussen RMC regio’s. De percentages voor vmbo-t gediplomeerden lopen uiteen van 10% in Oost-Groningen, Zuid-West Friesland, Zuid-West Drenthe en Gewest Zuid-Limburg tot 26% in Rijk van Nijmegen.

Brontabel als csv (1 kB)
Stapelaars havo naar vwo, per RMC regio in 2023
naam_doorstoompunthavo naar vwo
Oost-Groningen3%
Noord-Groningen-Eemsmond6%
Centraal en Westelijk Groningen9%
Friesland Noord5%
Zuid-West Friesland4%
Friesland-Oost5%
Noord- en Midden Drenthe6%
Zuid-Oost Drenthe6%
Zuid-West Drenthe6%
IJssel-Vecht6%
Stedendriehoek5%
Twente5%
Achterhoek6%
Rivierenland7%
Eem en Vallei6%
Noordwest-Veluwe4%
Flevoland6%
Utrecht9%
Gooi en Vechtstreek10%
Agglomeratie Amsterdam9%
West-Friesland6%
Kop van Noord-Holland5%
Noord-Kennemerland8%
Zuid-Kennemerland en IJmond9%
Zuid-Holland-Noord7%
Zuid-Holland-Oost3%
Haaglanden Westland7%
Rijnmond7%
Zuid-Holland-Zuid4%
Oosterschelde Regio4%
Walcheren5%
Zeeuws-Vlaanderen9%
West-Brabant5%
Midden-Brabant6%
Noord-Oost-Brabant6%
Zuidoost-Brabant6%
Gewest Limburg-Noord5%
Gewest Zuid-Limburg4%
Rijk van Nijmegen10%
Arnhem7%

Ook het aandeel stapelaars van het havo naar vwo is regionaal verspreid. Zo varieert het aandeel van 3% in Oost-Groningen en Zuid-Holland-Oost tot 12% in Gooi en Vechtstreek en Rijk van Nijmegen.

Brontabel als csv (997 bytes)