Thuiszittende kinderen en jongeren
Het tegengaan van (langdurig) verzuim is essentieel om ervoor te zorgen dat elk kind en iedere jongere een passende plek heeft in het onderwijs en zich kan ontwikkelen. Met de verzuimaanpak werken we aan het terugdringen van het aantal kinderen en jongeren dat (onnodig) thuiszit. Deze pagina biedt inzicht in het aantal thuiszittende kinderen en jongeren.
Deze aanpak rondom het terugdringen van verzuim staat niet op zichzelf maar is in brede zin onderdeel van de Verbeteraanpak Passend Onderwijs. De noodzaak om te blijven werken aan een verzuimaanpak blijkt uit deze verzuimcijfers. Hierbij is onze inzet drieledig: (1) we verscherpen én versterken via het wetsvoorstel Terugdringen schoolverzuim de preventieve verzuimaanpak van scholen, samenwerkingsverbanden en leerplichtambtenaren, (2) we creëren meer ruimte voor flexibiliteit en maatwerk met digitaal afstandsonderwijs en onderwijszorgarrangementen en (3) er volgt meer ruimte voor onderwijsaanbod aan niet-ingeschreven kinderen en jongeren zodat zij zich beter kunnen ontwikkelen.
Om zicht te krijgen in het verloop van het aantal thuiszittende kinderen in Nederland, wordt jaarlijks informatie verzameld van gemeenten over definitieve verzuimmeldingen. Onder ‘thuiszittende kinderen’ wordt hier de leer- en kwalificatie plichtige leerlingen volgens de Leerplichtwet bedoeld. Jaarlijks leveren alle gemeenten cijfers over verzuim aan OCW via de Leerplichttelling. Deze worden daarna gedeeld met de Tweede Kamer.
Meer informatie over de leerplichttelling kunt u vinden in de volgende stukken:
Kamerbrief over passend onderwijs (2025)
Leerplichttelling (2023-2024) - (Rijksoverheid.nl)
DUO Open onderwijsdata verzuim - (www.duo.nl)
Onderstaande grafiek geeft inzicht in het landelijke totaal aantal leer- en kwalificatieplichtige jongeren met geregistreerd verzuim. Binnen de grafiek wordt een uitsplitsing gemaakt naar:
- Het aantal jongeren waarvoor het verzuim wordt afgehandeld via terugleiding of op een andere wijze is opgelost
- Het eindresultaat – het aandeel jongeren waarbij het verzuim na terugleiding geregistreerd blijft
Thuiszittende Kinderen
Schooljaar | Totaal aantal jongeren geregistreerd verzuim | Teruggeleid en-of anderzins opgelost | Eindresultaat |
---|---|---|---|
2016-2017 | 8681 | 5245 | 3436 |
2017-2018 | 8689 | 5255 | 3434 |
2018-2019 | 8875 | 5205 | 3670 |
2019-2020 | 8955 | 5145 | 3810 |
2020-2021 | 8819 | 4596 | 4223 |
2021-2022 | 13486 | 7348 | 6138 |
2022-2023 | 17588 | 6640 | 10948 |
2023-2024 | 19273 | 8473 | 10800 |
Het totaal aantal leer- en kwalificatieplichtige jongeren met geregistreerd verzuim bleef in de eerste schooljaren tussen 2016-2017 en 2020-2021 op een vrijwel gelijk niveau. Vanaf het schooljaar 2021-2022 is sprake van een toename. Deze groei zet zich voort in de jaren daarna, al vlakt deze in 2023-2024 licht af ten opzichte van eerdere jaren.
Het aandeel jongeren waarvoor het verzuim wordt afgehandeld via terugleiding of op een andere wijze is opgelost, laat vanaf 2020-2021 een geleidelijke stijging zien. In vergelijking met eerdere jaren is dit aandeel in de laatste periode relatief hoog.
Het eindresultaat – het aandeel jongeren waarbij het verzuim na terugleiding geregistreerd blijft – neemt in de meest recente schooljaren eveneens toe. Deze oplopende trend is zichtbaar vanaf 2020-2021 en loopt door tot 2023-2024. De grafiek laat zo een verschuiving zien in de verhouding tussen het totaal aantal betrokken jongeren en de uitkomsten van de opvolging.
Bij verzuim kan een onderscheid worden gemaakt tussen absoluut verzuim en langdurig relatief verzuim langer dan vier weken.
Absoluut verzuim betekent dat de jongere in leer- of kwalificatieplichtige leeftijd niet is ingeschreven bij een onderwijsinstelling en geen vrijstelling heeft.
Langdurig relatief verzuim langer dan 4 weken betekent dat de jongere in leer- of kwalificatieplichtige leeftijd wel is ingeschreven op een school, maar de leerling langer dan vier weken continu (ongeoorloofd) verzuimt zonder dat er een vrijstelling is of een geldige reden of verklaring die door de leerplichtambtenaar als legitiem wordt beoordeeld.
Onderstaande grafiek toon het absoluut verzuim en langdurig relatief verzuim langer dan 4 weken over de afgelopen 8 jaren.
Thuiszittende kinderen
Schooljaar | Absoluut Verzuim | Langdurig Relatief Verzuim | Verzuim totaal |
---|---|---|---|
2016-2017 | 4565 | 4116 | 8681 |
2017-2018 | 4515 | 4174 | 8689 |
2018-2019 | 4958 | 3917 | 8875 |
2019-2020 | 5570 | 3385 | 8955 |
2020-2021 | 5491 | 3328 | 8819 |
2021-2022 | 10240 | 3246 | 13486 |
2022-2023 | 13707 | 3881 | 17588 |
2023-2024 | 14979 | 4294 | 19273 |
Absoluut verzuim bleef gedurende de pandemiejaren opvallend stabiel, met slechts een lichte stijging. Vanaf het schooljaar 2021-2022 is echter een duidelijke omslag zichtbaar: het aantal meldingen neemt sindsdien fors toe. In de daaropvolgende jaren zet deze trend zich voort met een sterke stijging. Deze ontwikkeling wordt door gemeenten grotendeels toegeschreven aan de toestroom van leerplichtige kinderen uit vluchtgebieden, zoals Oekraïne.
Langdurig relatief verzuim langer dan 4 weken laat juist een tegengestelde trend zien in de jaren tot en met 2021-2022. In die periode is sprake van een geleidelijke daling. Daarna keert het beeld om: de laatste twee jaren vertonen een stijging, waarbij het niveau uiteindelijk iets boven dat van 2016-2017 uitkomt.
Wanneer beide vormen van verzuim samen worden bekeken, ontstaat tot en met 2020-2021 een relatief stabiel totaalbeeld. Daarna volgt een duidelijke toename, voornamelijk gedreven door het absolute verzuim. Dit verklaart ook de scherpe stijging in het totaalbeeld van de afgelopen jaren.