De overheidssteun van R&D is te onderscheiden naar enerzijds directe financiering van instellingen en onderzoeksprogramma's en -projecten en anderzijds naar steun via fiscale instrumenten.
Directe en indirecte overheidssteun voor R&D
Directe overheidsfinanciering | Fiscale overheidssteun | |
---|---|---|
2000 | 3385 | 284 |
2001 | 3605 | 332 |
2002 | 3906 | 347 |
2003 | 3934 | 312 |
2004 | 3921 | 349 |
2005 | 3940 | 359 |
2006 | 4245 | 377 |
2007 | 4353 | 410 |
2008 | 4581 | 445 |
2009 | 4851 | 701 |
2010 | 4857 | 860 |
2011 | 4975 | 921 |
2012 | 4677 | 867 |
2013 | 4794 | 1001 |
2014 | 4874 | 1043 |
2015 | 4881 | 1010 |
2016 | 4926 | 1217 |
2017 | 4958 | 1188 |
2018 | 5521 | 1074 |
2019 | 5653 | 1237 |
2020 | 5818 | 1281 |
2021 | 5730 | 1281 |
2022 | 5658 | 1281 |
2023 | 5679 | 1281 |
2024 | 5653 | 1281 |
In bovenstaande grafiek zien we tot 2011 de directe R&D-uitgaven van de overheid (in euro’s) jaarlijks stijgen. In 2012 is er sprake van een daling in zowel de directe als de fiscale steun. Vervolgens laat het totaal aan overheidssteun in de meerjarenbegroting een licht stijgende trend zien tot 2017. Tussen 2017 en 2020 stijgen de directe R&D uitgaven sterk, voornamelijk door de extra investeringen uit het Regeerakkoord 2017. De fiscale overheidssteun voor R&D valt in 2018 juist iets lager uit dan verwacht, maar laat in de meerjarenbegroting weer een stijging zien.