Aandeel startende leraren dat begeleiding krijgt (naar cohort)

Doelstelling

De schoolbesturen zorgen vanaf uiterlijk 2017 voor planmatige begeleiding van elke startende leraar op basis van een jaarlijkse vaardigheidsmeting.

Aandeel startende leraren dat begeleiding krijgt (naar cohort)

Aandeel startende leraren dat begeleiding krijgt (naar cohort)
PeriodeAandeel startende leraren dat begeleiding krijgtAandeel startende leraren dat begeleiding krijgt
200976%ambitie 76%
201081%ambitie 81%
201178%ambitie 78%
201272%ambitie 72%
201374%ambitie 74%
201472%ambitie 78%
201579%ambitie 81%
201683%ambitie 85%
201788%ambitie 89%
201887%ambitie 93%
2019ambitie 96%
2020ambitie 100%

Welke beweging is zichtbaar

Zoals eerder is gemeld met de brief over de Arbeidsmarkt voor leraren 2019, hebben startende leraren met de huidige arbeidsmarkt het voordeel dat zij gemakkelijker in het onderwijs aan het werk komen7. Het aandeel afgestudeerden van de pabo dat na een half jaar een baan heeft in het onderwijs is gestegen naar 99% voor de lichting die in 2018 is afgestudeerd. Het is tevens positief dat de uitval, in de eerste vijf jaar dat afgestudeerden werkzaam zijn als leraar, lager is dan bij oudere afstudeercohorten. Dit betekent dat het onderwijs er in de meeste gevallen beter in slaagt starters voor het onderwijs te behouden. Verder hebben startende leraren, die na de Pabo in het onderwijs zijn gaan werken, veel vaker een reguliere baan, in plaats van een invalbaan, en ook veel vaker een vast contract of uitzicht daarop.

Inzoomend op de begeleiding van starters in het primair onderwijs, is er sprake van een duidelijk stijgende lijn: 87 procent van de startende leraren (cohort 2018) ontving een of andere vorm van begeleiding ten opzichte van 71 procent in 2015. Aanvullend daarop blijkt uit de monitor bestuursakkoord van Regioplan dat 90 procent van de besturen en 95 procent van de schoolleiders maatregelen heeft getroffen om startende leraren te bekwamen in hun algemene didactische vaardigheden. Sinds 2015 is een behoorlijke stijging waar te nemen (2015: bestuurders 67%; schoolleiders 62%).
Hierbij wordt met name ingezet op coachingsactiviteiten (88 procent van de besturen en 87 procent van de schoolleiders), waarbij op schoolniveau 86 procent van de collega-leraren die worden ingezet voor coaching in uren worden gefaciliteerd. Dat is meer dan de 64 procent in 2017. Ook worden deze collega-leraren meer dan in 2017 (53 procent) getraind om hun rol als coach te vervullen (68 procent in 2020). Opvallend is dat ook andere vormen van begeleiding vanaf 2016 geleidelijk aan meer worden ingezet, zoals peeractiviteiten en kennisactiviteiten.

De Loopbaanmonitor 2019 laat echter zien dat de mate waarin starters op planmatige wijze worden begeleid nog beter kan.8 Zo geeft maar 22 procent van de pabo-afgestudeerden aan te hebben deelgenomen aan een begeleidingsprogramma voor beginnende leraren. Ook blijkt dat nig niet overal een gevalideerd instrument gebruikt wordt onm de didactische vaardigheden van startende leraren in kaart te brengen. Circa 40 procent van de starters geeft aan dat een dergelijk instrument is gebruikt. Veel van deze beginennde leraren vinden een dergelijjk instrument (zeer) nuttig ter versterking van het lesgeven.
Hiernaast blijft er door de PO-Raad ingezet worden op kwaliteitsverbetering, zoals met (het uitbreiden van) het programma Goed Worden, Goed Blijven en de streefdoelen voor zelfevaluatie van scholen. 

 7 Kamerstukken II 2019/20, 27 923, nr. 388
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/201/12/16/kamerbrief-over-de-arbeidsmarkt-voor-leraren-2019 

Welke acties worden ondernomen

De begeleiding van startende leraren heeft een belangrijke plek in het bestuurlijk traject rondom ‘Samen Opleiden en Professionaliseren’, waarmee OCW en de sectorraden een gezamenlijke visie aan het ontwikkelen zijn ten aanzien van het opleiden van toekomstige leraren, het begeleiden van startende leraren en het verder professionaliseren van leraren.
In de nieuwe cao PO van 2019-2020 is de begeleiding van startende leerkrachten verankerd in personele ondersteuning, individueel budget en beschikbare uren per jaar.
Het 'Kwaliteitskader Samen Opleiden & Inductie en werkwijze peer  review' is in 2020 gepubliceerd. De vier waarborgen (de lerende leraar; de leeromgeving; de organisatie van partnerschappen en kwaliteitscultuur) zijn uitgangspunten voor het bepalen van de basiskwaliteit op grond waarvan een partnerschap wordt erkend.
De waarborgen worden ingevuld zowel vanuit het perspectief van het leren van de leraar als vanuit het perspectief van de ontwikkeling van het partnerschap.
In het voorjaar van 2020 heeft de PO-Raad in samenwerking met de WUR de Startwijzer PO gelanceerd, een online tool ter ondersteuning van het gesprek over de ontwikkeling van startende leraren. 
Daarnaast worden de prestatieboxmiddelen ten aanzien van startende leraren gealloceerd op schoolniveau. Over de besteding van deze middelen moet gemeenschappelijke besluitvorming plaatsvinden met de personeelsgeleding van de MR. Hierover moeten schoolbesturen zich verantwoorden in het jaarverslag. Met deze aanpak wordt de professionele dialoog tussen besturen en scholen gestimuleerd.

Bron: Loopbaanmonitor en Regioplan Brontabel als csv (366 bytes)